Voor de derde keer stond ik deze ochtend in Oudenaarde om van start te gaan in de Gordel voor wielertoeristen. Op het programma 140 km over 10 hellingen (officieel). Aangezien ik voor de rest met niemand afgesproken had vertrok ik alleen.
Het parcours begon iets anders dan vorig jaar.Blijkbaar had men de lus naar Geraardsberge omgewisseld. Het volgen van de bordjes ging, maar ze blijven toch nog altijd onduidelijk. Oranje op wit, ’t valt niet echt op naar waar je moet. Resultaat was dan ook dat ik misgereden ben, de afdaling richting Brakel genomen. Een helling meer dus.
Door het misrijden kwam ik echter wel in contact met Dirk. Was hem eerst voorbijgereden, maar hij had me herkend. Dirk was deelnemer geweest in 1985 in Brugge – Mont Ventoux.
Over enkele heuveltjes ging het richting Geraardsbergen voor de eerste tussenstop. Daar kregen we ons nummer en een chip. Nieuw in deze editie was dat de beklimming van de muur getimed werd. Er wordt geen klassement opgesteld, maar je kreeg wel je tijd (en later via Internet je foto). Zelf reed ik hem boven (vanaf de Vesten) in 3min 07. Op het bord van de laatste 10 tijden was dat de beste tijd. De meesten boven de 4 minuten en nog 1 iemand met 3min 57. Dirk had geen chip meegenomen, zijn tijd is dan ook onbekend, maar hij zou waarschijnlijk op 3min 40 gestrand zijn.
Na de muur het tempo hoog gehouden tot in Dilbeek. Tot daar eigenlijk gewoon naast elkaar gereden. ’t was meewind, dus in ’t wiel zitten was niet echt nodig.
In Dilbeek was het alvast drukker dan vorig jaar, het betere weer had daar misschien iets mee te maken. Het op papier lichtere stuk moest dan nog komen, maar in praktijk wel een zwaar stuk. De wind blaasde hard, het begon dan ook nog eens wat te regenen (gelukkig niet te lang). Elk ons deel van ’t kopwerk gedaan met 2 anderen in ’t wiel. Voor hen ging het blijkbaar net goed van tempo, maar iets rapper was ‘dodelijk’, zo bleek even later op een korte helling.
Rond 1 uur aangekomen in Geraardsbergen en klaar voor de laatste 30 kilometer. Enige zware hindernis die nog op het programma stond was de Eikenberg, een kasseihelling die vooral in ’t begin steil is. ’t beste was er zeker al af, al bleven de krampen gelukkig uit.
Met uiteindelijk 148 km op de teller, een gemiddelde van 28,4 en 1510 hoogtemeters kwam ik aan in Oudenaarde. Wederom een zware editie door de tegenwind op ’t einde.
Proficiat, nog een puike prestatie toegevoegd aan uw palmares.